De Dervische Stadstaten

Geografisch

De Dervische Stadstaten zijn de drie stadstaten Donburg, Aldburg en Elzhof en de omliggende landen. De benaming wordt vooral gebruikt voor de vruchtbare vallei die ligt tussen de schildheuvels en het Darkwald, hoewel de schildheuvels eigenlijk zelf ook deel van de stadstaten zijn. In het westen eindigen de Dervische stadstaten tegen het bergkoninkrijk Taimalia, door de ene pas die afgesloten wordt door het heldenfort. Het westelijke gebied is een mix van lage voetheuvels, moerassige dallen en lage bossen. In het noorden ligt de grens rond de rand van het Darkwald. In het Darkwald regeren de elfen en de beesten, maar er is geen duidelijke grens. Mocht je dode houthakkers zien, dan weet je dat de grens achter je ligt. De oostgrens is de kust van de stille Inzee. De zuidgrens zijn de lage duinen waar de Schildheuvels overgaan in de Ostia-woestijn en waar geen levend wezen veilig kan wonen.
  Tussen deze grenzen in ligt de Donvallei, een land van goudgeel graan en meanderende rivieren die hier en daar worden onderbroken door bosjes, dorpen en versterkte torens. Het is een achterland rijk in mijnen, graan en hout. Dit is echter allemaal nodig om de drie gigantische stadstaten te voeren. Daarom is het land verdeeld op een manier om er maximale winst uit te kunnen halen. De Don en de delta die hier uit ontspringt overstroomt twee keer per jaar, een keer in de zomer en een keer in de winter. Tussen elke vloed wordt maar liefst twee keer geplant, met hulp van de tovenaars uit het naturalisten-gilde. Die zorgen er voor dat het graan goed blijft groeien ongeacht het weer. Op deze manier kunnen de drie donsteden gevoed worden en is er nog meer dan genoeg graan over om te exporteren naar Narakka en andere gebieden aan de Inzee.
  De temperaturen in de Donvallei zijn consistent net boven een gematigd klimaat. In de zomer is het er rond de 30 graden, maar in de winter is het zelden kouder dan 15. De rijke grond, gevoed met de vele mineralen uit de bergen van Taimalia, zorgt voor een dichte begroeiing. Dit is maar goed ook, want er is weinig ruimte in de delta. De dichte bossen met dikke bomen compenseren enigsinds door meer hout te produceren dan hun soortgenoten in de rest van de wereld. De Dondelta staat ook bekend als de plek waar het meeste graan per vierkante meter geproduceerd wordt. De Dervische stadstaten beslaan in totaal circa 125.000 km2
 

Politiek

De Donvallei wordt gedomineerd door Donburg, de grootste van de drie Dervische stadstaten (er is immers een reden dat de Don niet de Ald heet). De stadhouder van Donburg is ook de leider van de alliantie der Dervische stadstaten, zoals die de steden opgelegd is in het Drakendictaat van 932. Toen de andere stadstaten in 1167 de onrust roken liet het Imperium ze de alliantie opheffen. De steden besloten binnen tien jaar echter dat de alliantie een veel te sterke internationale positie gaf om het gewoon op te geven, zeker onder competent leiderschap als dat van Elzen Aer Velhen. Daarom is deze alliantie nog steeds in effect, met Donburg nog steeds als de principiele machtshouder. Daarnaast wordt de hele vallei bijna in een wurggreep gehouden door Elzen Aer Velhen. In de Imperiale tijd kreeg ze namelijk controle over De Twintig Tanden, de kastelen die de delta compleet af kunnen sluiten. Omdat deze kasteln van Aer Velhen zijn en haar kinderen na haar, heeft ze heel veel macht in de delta.
  De drie steden bepalen allemaal hun eigen economische, politieke, militaire en culturele zaken maar diplomatie gaat altijd door het Dervische Concille, een orgaan waar elke stadstaat 1 stem krijgt, en Donburg een veto. Zo kan Donburg veel invloed uitoefenen op wat er gebeurt. Militair zijn de steden theoretisch gezien onafhankelijk, maar in werkelijkheid werken ze nauw samen met elkaar en de vele huurlingencompagnieen die er in de delta zijn. Een goed voorbeeld is de Grote Compagnie, die in totaal bijna twaalfduizend soldaten en matrozen telt. Dit soort huurlingen vullen de legers van de stadstaten meestal aan en zijn in vredestijd, naast de stadwachten, vrijwel de enige militaire eenheden in de delta.
  Als laatste zijn de gilden nog van cruciaal politiek belang in Donburg. De gildes hebben in elke individuele stad invloed, maar sommige gildes mikken hoger dan dat. Zo zijn er machtige gildes, als het gilde van graanhandelaars, die een internationaal verbond hebben gevormd met de graanhandelaars uit de andere donstaten, Copcea, Tolosa, Capena en Mastovek. Samen vormen ze de Gouden Hanze, die de graanhandel over de gehele inzee beheerst. Hiernaast zijn er nog de gigantische handelscorporaties, zoals Vor&Xan, die vanwege hun gigantische kapitaal en aantal werknemers een dikke vinger in de pap hebben. Dit alles holt de macht van de adel enigsinds uit en elke stadhouder moet die balans voorzichtig zien te houden.  

Sociaal

Donburg is de derde stad ter wereld, met maar liefst 600.000 inwoners. Hierna komt Elzhof, dat circa 270.000 inwoners heeft. Als laatste (maar nog steeds een reus vergeleken met de rest van de wereld) volgt Aldburg, met 190.000 inwoners. Daarnaast wonen er nog zo'n 3.5 miljoen inwoners in het Donburgse achterland, voor een totaal van ongeveer 4.6 miljoen inwoners. Van deze inwoners is een ongeloofelijk klein deel bezig met landbouw: Slechts 78%, in vergelijking met de Haborgse 90% en Noruese 98%. Dit betekent dat de Dervische stadstaten vrijwel compleet afscheid kunnen nemen van het Feodalisme en dat er veel meer ruimte is voor beroepsmatige specialisatie. Dat is een van de primaire redenen dat de gilden, handelscorporaties en huurlingencompagnieen zo groot kunnen worden hier. Daarnaast kennen de Dervische stadstaten geen slavernij of lijfeigenen. De boeren mogen vertrekken als ze hun heer oneerlijk vinden, zeker omdat de heer meestal toch aangesteld is vanuit een van de steden. Op die manier worden de kastelen meer plaatsen van lokale gouverneurs dan echte soevereine plaatsen, wat natuurlijk ten voordeel is van de boeren. Hiernaast worden veel natuurlijke grondstoffen, zoals zilvermijnen en steengroeves, afgegraven door bedrijven. Die hebben geen vaste dorpelingen maar werknemers, die in principe (als het goed is) vrij zijn om te gaan en staan waar ze willen. Donburg is in die categorie eindeloos veel vrijer dan Cartha Maior, waar veel van die beschermingen voor werknemers niet van kracht zijn. Cultureel zijn de Dervische stadstaten zwaar beinvloed door de Villaquiraanse cultuur, wat waarschijnlijk de originele stichters van deze steden geweest zijn.
 

Militair

De Dervische stadstaten zijn militair afhankelijk van huurlingen, in elk geval in vredestijd. Orde houden en bandieten verjagen gebeurt grotendeels door continu ingehuurde strijdkrachten, zoals de Grote Compagnie. De grootste huurlingenlegers onderhouden zelfs hun eigen vloten, hoewel er maar een handjevol ook echte zeewaardige schepen hebben. Voor de stadstaten is hun vloot een punt van trots. Donburg had in 1150 maar liefst driehonderd schepen, waarvan er tachtig honderdtwintig roeispanen of meer hadden. Elzhof heeft lang een vloot van circa honderdtachtig schepen onderhouden en Aldburg een vloot van circa honderdvijftig schepen. Ze vormen een goede match voor de rest van de inzee en zijn al tientallen jaren lang in een continue strijd verwikkeld met de gigantische Derde Vloot van de Kraecaanse Unie.
De vlag die er boven alle kastelen beheerst door de Dondelta hangt, meestal onder de vlag van de stad in kwestie maar boven de persoonlijke vlag van de adellijke familie.

Type
Political, Federation


een van de Twintig Tanden

Comments

Please Login in order to comment!